Société des Missions Africaines –Province de Hollande
 |
né le 14 novembre 1903 à s-Hertogenbosch dans le diocèse de s-Hertogenbosch, (Hollande) membre de la SMA le 30 juillet 1924 prêtre le 24 mars 1928 décédé le 12juillet 1955 |
1928-1932 missionnaire en Côte de l’Or / Basse Volta décédé à Echt, Hollande, le 12 juillet 1955, |
Le père Albert ROELOFS (1903 - 1955)
A Echt (Hollande), le 12 juillet 1955, retour à Dieu du père Albert Roelofs, à l'âge de 52 ans.
Albert Roelofs naquit dans le diocèse de Breda en 1903. Il fit ses études à Keer, Chanly et Bemelen. Il fit le serment en 1924 et fut ordonné prêtre en 1928. La même année, le père Roelofs partait pour le vicariat de la Basse Volta, aujourd'hui diocèse de Keta. Il dut en revenir pour raisons de santé en 1932. En 1933, le père Roelofs partait à Hastings comme professeur d'écriture sainte. En 1936, il devint maître des novices, poste qu'il remplit 3 ans à Hastings, et 7 ans à Aalbeek. Professeur à Aalbeek en 1946, il fut chargé de la propagande à Oosterbeek en 1948.
Le père Roelofs fut de 1950 à 1952 assistant de l'économe provincial. En 1952, il arrivait comme professeur à Keer. Le père Roelofs laisse le souvenir d'un confrère au caractère agréable, d'un homme sociable, dévoué et travailleur.
Il fut trouvé mort dans son lit à Lilbosch, en Echt, où on avait provisoirement installé le collège après l'incendie de Keer.
Pater Albert ROELOFS (1903 - 1955)
Afkomst.
Albert Roelofs, zoon van Albertus Roelofs en Amalia van Her¬tum, werd geboren te 's Heerenhoek op 14 november 1903. Hij had één zus en meerdere broers. Later is dit onderwijzersgezin verhuisd naar St. Jansteen, waar in 1909 zijn op één na jong¬ste broer Adriaan geboren werd. Deze trad later in bij de Maris¬ten en is in maart 1999 op 89-jarige leeftijd in het 'Pflegeheim St. Ludger' te Vreden overleden.
Opleiding.
Albert heeft vijf jaar middelbare opleiding gehad bij de paters van het H. Sacrament te Brakkenstein, Nijmegen. Ook het noviciaat heeft hij bij hen gemaakt te Bassenge bij Roclenge in België. De novicenmeester schreef op 12 september 1924:
"Albert Roelofs est resté deux ans dans le Noviciat du Très Saint Sacrement de Bassenge. Sa conduite était irrépréhensible, mais il était toujours hésitant sur sa vocation religieuse. Finalement il a quitté brusquement le Noviciat presqu'à la veille de commencer la retraite pour la profession".
Hierna is hij naar Chanly gegaan en heeft daar de philosophie gedaan van 1922 tot 1924. Op 30 juli 1924 is hij aangenomen als lid van de Sociëteit voor Afrikaanse Missiën. Daarna heeft hij in Bemelen zijn theologie gedaan en is op 24 maart 1928 in de kapel van het groot seminarie te Roermond door Mgr. Schrij¬nen priester gewijd.
Missionaris.
Op 13 oktober 1928 is hij naar de missie van de Beneden Volta in de Goudkust (Ghana) vertrokken. Door Mgr. Herman werd hij benoemd voor de missie van Kpandu bij de Elzasser overste pater Er¬hart.
Toen de bisschop besloot een opleiding voor priesters te beginnen te Dzelukope, werd pater Sloots hier¬voor aangesteld in januari 1931 en de hardwerkende en plichtsgetrouwe pater Roelofs werd benoemd om hem als leraar hierin te assis¬teren. Van eind januari 1931 tot juli 1932 heeft hij dat gedaan. We¬gens ziekte en hevige pijnen moest hij terug naar Europa. Hier werden nierstenen geconstateerd. Hij heeft Afrika niet terug¬gezien.
Na herstel van zijn gezondheid heeft hij eerst enige maanden les gegeven in het kleinseminarie te Ave in België en is toen, in 1933, benoemd tot leraar H. Schrift in Hastings. In augus¬tus 1937 volgde zijn benoeming tot magister/ novicenmees¬ter in Hastings en hij is dat gebleven, toen het noviciaat/ phi¬losop¬hie in 1939 moest verhuizen naar Aalbeek.
Na de provinciale vergadering van 1946 werd hij benoemd tot huiseconoom in Aalbeek. Uit gehoorzaamheid heeft hij dat aangenomen. Doch eind 1947 heeft hij schriftelijk de Provinci¬aal en zijn Raad laten weten, dat hij zich in geweten ver¬plicht voelde ontslag aan te vragen. Hij bekende deze functie niet aan te kunnen en totaal geen zicht te hebben op de te verrichten werkzaamheden noch de bekwaamheid om met de ver¬schillende situaties om te gaan. Kort hierna, in april 1948, volgde zijn benoeming voor de administratie in Oosterbeek.
In 1949 ging hij als Magister van de broeders naar Bemelen. Met de opheffing van dat huis, ging pater Roelofs in mei 1950 terug naar Oosterbeek als assistent provinciaal econoom.
In 1952 werd hij benoemd tot leraar in Cadier en Keer. Hier gaf de dikwijls bonnet dragende pater Roelofs enkele lessen en was hij tevens beschikbaar voor spreek¬beurten over de missie, missietentoonstellingen, etc. In Cadier en Keer ook heeft hij in maart 1954 de brand meegemaakt en de daarop volgende ver¬huizing naar Lilbosch bij Echt, waar het kleinseminarie tijde¬lijk onderdak vond bij de Trappisten.
Gestorven.
Het was in dit college Lilbosch te Echt, dat deze vro¬me, plichtsgetrouwe pater Albert Roelofs, aan wie ook de geeste¬lijke leiding van de studenten toevertrouwd was, plot¬se¬ling en volkomen onverwachts 's nachts gestorven is op 12 juli 1955. Hij werd 51 jaar oud.
Het doodsbericht kwam dan ook zo hard aan bij de jongens, dat er een algemene verslagenheid heerste. Onder deze omstandighe¬den leek het zinloos de lessen te beginnen. Eerst werd daarom de rozenkrans gebeden voor de zielerust van de overleden pater, waarna een wandeling werd ingelast. Deze verliep aan¬vankelijk in doodse stilte en eerst nadat men reeds enigermate van huis verwijderd was, kwamen stilaan de tongen los.
De plechtige uitvaartdienst vond plaats in de Abdijkerk van Lilbosch op 14 juli 1955. Daarna is zijn lichaam overgebracht naar het missiehuis te Cadier en Keer, waar het is bijgezet in de grafkelder naast de Lourdesgrot.
Bronnen:
- Archief Nederl. Provincie S.M.A., Cadier en Keer.
- N. Douau: Biographies Missions Africaines 12.07.1951.
- Tijdschrift 'Afrika Ontwaakt' 1955, pg. 145.
Recherchez .../ Search...