Société des Missions Africaines - Province de Hollande
 |
né le 28 juillet 1910 à Roozendaal dans le diocèse de Breda, Hollande membre de la SMA le 15 juillet 1933 prêtre le 3 juillet 1938 décédé le 5 février 2001 |
1938-1961 Egypte, collège de Tanta et décédé à Helmstedt, Allemagne, le 5 février 2001 |
Pater KEES POTTERS (1910 - 2001)
Geboren:
Cornelius Wilhelmus Potters, zoon van Adrianus Potters (1874 - 1923) en Lucia van Ginneken (1872 - 1933), werd geboren te Roos¬endaal op 28 juli 1910 en daags erna gedoopt in de paro¬chie van de H. Antoniius van Padua. Vader was bakker en over¬leed plotseling in 1923. Zijn zus Marie, de moeder van de latere pater A.J.J. Schoonen, overleed reeds in maart 1921, enkele maanden voor de priesterwijding van haar zoon. Zes van de twaalf kinderen waren toen ook reeds overle¬den, drie jon¬gens en drie meisjes, waar¬van drie in 1905 en één in de jaren 1914, 1915 en 1916. Deze laatste stierf aan her-senvliesontste¬king. Kees groeide op met drie broers en twee zussen. Doch ook zijn beide ouders waren reeds overleden voordat Kees priester gewijd werd.
Opleiding.
Na de lagere school ging Kees naar het missiehuis te Cadier en Keer in 1924, daarna nog even naar Nieuw Herlaer in 1926 en toen terug naar Keer. Op de weg naar het priesterschap heeft Kees de nodige moeilijkheden en problemen ondervonden: het verlies van zijn beide ouders, gezondheidsproblemen (nie¬ren), en tijdens de studie van de theologie te Hastings in Engeland onzekerheid over zijn aanname in een missie-soci¬teit. Hij deed zijn studies van de philosophie te Bemelen, waar hij op 15 juli 1933 zijn eed aflegde als lid van de Sociëteit. Hij ging naar Hastings waar hij in 1936 zijn studies onderbrak, Uitein¬delijk deed hij zijn laatste jaar theologie te Lyon in Frankrijk en werd daar op 1 mei 1938 door Mgr. Parisot subdia¬ken gewijd. Op 3 juli 1938 ontving hij te Lyon de priesterwij¬ding, toegediend door dezelfde bisschop.
Missionaris.
Reeds in september vertrok hij naar de missie in Egypte, een land met een gezon¬der klimaat dan de westkust van Afrika. Hier heeft hij gewerkt van 1938 tot 1961. Hij begon als leraar engels en wiskunde te Mahalla. Reeds na een jaar werd hij benoemd voor het college te Tantah, waaraan hij verbonden bleef tot 1961, en waar hij vooral les gaf in het engels en latijn. Onder de oorlog is hij tevens enkele jaren (1943 - 1945) aalmoezenier van duitse krijgsge¬vange¬nen geweest te Tel-El-Keber. Van 1951 tot 1957 was hij pastoor van de parochie te Zifta. Daarna is hij nog een jaartje assistent geweest te Cairo in de parochie van St. Marc, voordat hij in 1958 terug¬ging naar het college te Tantah, vooral als leraar engels en frans. Op 25 oktober 1962 verliet pater Potters definitief de missie van Egypte, aan boord van de m.s. 'Oranje' en kwam 4 november te Amsterdam aan. Hij was een van de laatste neder¬landse S.M.A.-leden die Egypte verlieten.
Nog even werd overwogen dat Kees Potters met Jan Waterreus naar de missie van Liberia zou gaan, doch opnieuw werd hij wegens gezondheid afgekeurd voor de missie van West-Afrika.
Sinds 1963 heeft pater Potters in Duitsland gewerkt, eerst als assistent in het bisdom Aken, doch sinds 1965 in het bisdom Hildesheim. Van 1967 tot 1984 was hij pastoor te Süpplingen. Hij was 84 jaar, toen hij met emeritaat ging. Zijn laatste levensjaren heeft hij in het nabijgelegen Helmstedt doorge¬bracht, waar hij goed verzorgd werd door zijn getrouwe huisge¬note sinds vele jaren: mevr. Adeltraud Klemenz.
In 1988 heeft hij nog zijn zestigjarig priesterjubileum kunnen vieren.
Kees Potters heeft een bewogen en onvoorspelbaar leven ge¬had, met inspanningen, moeilijkeden en wederwaar¬dighe¬den in zijn lang en kleurrijk leven. Bijna afgewezen wegens gezond¬heid, werd hij over de negentig jaar! Hij had zijn eigen, dikwijls onaf-hankelijke, levens¬stijl! Hij kon lachen en kri¬tisch zijn. En hij kon praten! Hij heeft in zijn leven neder¬lands, engels, frans, arabisch, en duits gesproken. Admini¬stratief bezig zijn was niet zijn sterkste zijde. Maar hij bleef de P.P.; als P.P. was Pater Potters bekend bij de paro¬chia¬nen van Süpplingen, bij zijn vrienden en bekenden. Hij genoot ervan onder de mensen te zijn, met mensen te lachen en te praten.
Op 5 februari 2001 is hij te Helm¬stedt overleden. De plechti¬ge uitvaartdienst vond daar plaats in de St. Ludgeri-Kirche op 9 februari in het bijzijn van hulpbisschop Koitz, provinciaal Ton Storcken, nederlandse en duitse collega's, familiele¬den, en parochianen van de St. Ludgeri-parochie. In de homilie tijdens de uitvaart¬dienst werd gezegd:
"Er hatte das grosze Glück, was nicht jeder Priester hat, nämlich, dass er immer liebe wertvolle Menschen um sich hatte, so dasser sich richtig zu Hause fühlen konnte. So konnte Pater Potters zu Hause auftanken und konnte dies uns weitergeben".
Hierna werd zijn li¬chaam op dinsdag 13 febrauri 2001 bijgezet in het pries¬tergraf te Braunschweig.
Bronnen:
- Archief nederl. provincie S.M.A., Cadier en Keer.
- Onze Krant nr. 123, april 2001.
Recherchez .../ Search...