Société des Missions Africaines - Province de Hollande
![]() |
né le 7 août 1915 à 's-Hertogenbosch dans le diocèse de 's-Hertogenbosch, Hollande membre de la SMA le 28 juin 1937 prêtre le 6 juillet 1941 décédé le 3 mars 1992 |
1941-1944 Hollande, période de la guerre 1944-1946 Herlaer, professeur au moyen séminaire décédé à Maastricht, Hollande, le 3 mars 1992 |
Pater Harrie PORTIER (1915 - 1992)
Afkomst.
Henricus Josephus Maria Portier, zoon van Antonius Portier (1885 - 1979) en Theodora van der Krabben (+ 1947) werd gebo¬ren te 's Hertogen¬bosch op 7 augustus 1915 en daar dezelfde dag gedoopt in de parochiekerk van de H. Jacobus. In 1922 verhuis¬de de familie van Den Bosch naar St. Michielsgestel, waar vader Portier in dienst trad bij het Doofstommeninsti¬tuut. Harrie had één broer en twee zussen.
Opleiding.
Van april 1922 tot juli 1927 ging Harrie naar de lagere school te St. Michielsgestel en daarna twee jaar naar de St. Jacob-school in Den Bosch. In september 1929 begon hij zijn pries¬ter-missionarisopleiding in Nieuw Herlaer, een goede steenworp afstand van zijn ouderlijk huis. Na twee jaar zette hij zijn studie voort in het missiehuis te Cadier en Keer.
Hij begon zijn philosophie te Bemelen in september 1935, doch ging in januari 1936, vanwege de reorganisatie wegens de ophef¬fing van het broederhuis te Blitterswijck, naar seminarie 'Ore Place' te Hastings in Engeland. Op 28 juni 1937 werd hij tijdelijk, en drie jaar later permanent, lid van de Sociëteit.
Aan het eind van zijn tweede jaar theologie brak de wereldoor¬log uit en kon hij, in september 1939, niet terug naar Enge¬land. Vervangende huisvesting werd gevonden in een Jezuïeten¬klooster te Aalbeek bij Hulsberg, waar in november 1939 de studies werden voortgezet. Op 6 juli 1941 werden Harrie en de meesten van zijn klasgenoten in de parochiekerk van Hulsberg door Mgr. Lemmens priester gewijd.
Missionaris.
Vanwege de oorlog was vertrek naar de missie onmogelijk. Van sept. 1941 heeft hij een jaar de missiekursus aan de universi¬teit van Nijmegen gevolgd en daarna heeft hij nog een jaar selecte vakken als 'auditor' ge¬volgd. Tijdens het studiejaar 1943 - 1944 volgde hij te Tilburg een cursus in psychologie, didactiek, cateche¬tiek en pedagogiek, en lichamelijke opvoe¬ding. Daarna werd hij benoemd om in september 1944 als toege¬voegd leraar in Herlaer te beginnen. Zodra na de bevrijding de klassen begon¬nen, werd Harrie leraar engels en sport. Aan het einde van het schooljaar kon hij beginnen met de voorbereiding voor zijn vertrek naar Afrika. Met de eerste na-oorlogse groep vertrok hij op 22 april 1946 met de 'Oranje-Fontein' uit Antwer¬pen.
Op 6 mei 1946 kwamen pater Portier en zijn collega's 's avonds in Takoradi aan. Harrie was benoemd voor het Goudkust-vicari¬aat van Mgr. Porter en ging hem eerst groeten in Cape Coast, waar hem werd meegedeeld dat hij benoemd was voor de paro¬chie te Dunkwa-on-Offin, als assistent van Wout Samuels, die daar de overste was. De hele eerste groep missionarissen werd benoemd voor missiepos¬ten in het westelijk gedeelte van het vicariaat; de tweede groep ging naar het oostelijk deel van het vicari¬aat.
Bijna vier jaar lang heeft pater Portier gewerkt in het uitge¬breide district van Dunkwa met het Sefwi-, Wassaw- en Denkye¬ragedeelte. In 1950 ging Harrie op vakantie naar Nederland. Na terugkeer werd hij eerst enkele maanden assistent te Sekondi en toen in de nabijgelegen en recent geopende parochie van Tako¬radi, waar hij na een maand of acht, wegens vakantie van de pastoor, als waarnemend pas¬toor moest overnemen. Daarna werd hij benoemd om eveneens de pastoor van Sekondi tijdens diens vakantie te vervangen. In mei 1953 volgde zijn benoeming als pas¬toor van Asikuma: een rustige éénmans-plattelandsparo¬chie met niet teveel buitensta¬ties. Zeven jaar is Harrie daar pastoor ge-weest.
In 1970 volgde zijn benoeming tot pastoor van Shama. Ook dit was een éénmansparochie, gelegen aan zee, en niet ver van de 'twin-city' Sekondi-Takoradi. Ook Shama had slechts een klein aantal buitenstaties. Hoewel Harrie een geweldig causeur was en altijd wel kon praten, zodat er weinig tijd overbleef om te luisteren, kon hij toch ook zeer goed alleen zijn. Hij wist zich altijd bezig te houden met zijn parochie en parochi¬anen, doch ook op de stille en rustige momenten op de pasto¬rie. Hij las en studeerde en volgde met interesse en bezorgdheid de ontwikkelingen in de Kerk: het vaticaans concilie, het neder¬lands pastoraal concilie te Noordwijkerhout, en alle daaruit voortvloeiende ontwikkelingen en controversen. Harrie was partij in deze. Hij las de publi¬caties van en over Hans Küng en Karl Rahner en corres¬pondeerde met Edward Schille¬beeckx: lange brieven met punten, uitroeptekens en onderstre¬pingen. Zo waren ook zijn ontelbare brieven naar SMA- bestuur en prokuur, collega's en bekenden. Harrie heeft er wat afge¬schreven en heeft er wat afgepraat.... als hij collega's ontmoette. We kennen het stereotype beeld van hem: Harrie in toog, siga¬ret in zijn hand en hiermee tikkend op de duimnagel van zijn andere hand....., en maar pra¬tend....., geen tijd om de siga¬ret aan te steken.
In 1963 kwam Takoradi praktisch zonder priesters te zitten vanwege overplaatsingen en het daarop volgend tragisch auto-ongeluk, waardoor pastoor Denis Florack om het leven kwam en Frits van Veijfeijken in het ziekenhuis terecht kwam. Harrie Portier van de nabijgelegen Shama was bekend met deze parochie van Takoradi en werd dus tijdelijk opnieuw waarnemend pastoor van deze plaats totdat, in november 1963, pater Theo Brock-hoff benoemd werd als pastoor van Takoradi en Harrie kon terugkeren naar het veel rustiger Shama.
In 1970 werd de 'Western Region' een eigen zelfstandig bis¬dom. Bisschop Joseph Essuah werd benoemd tot de eerste bisschop van dit nieuwe bisdom en vanuit Kumasi naar hier overgeplaatst.
Na zijn vakantie in 1971 werd Harrie Portier door hem benoemd tot pastoor in het mijnstadje Bibiani. Francis Assamoah was daar als kapelaan. Harrie kende hem en zijn familie nog van zijn Takoradi-tijd, een twintig jaar geleden, toen Francis nog een schooljongen was. Nu was hij al zeven jaar priester.
Intussen hadden de meeste bisschoppen, zij het soms met de nodige moeilijkheden en problemen, een contract getekend met de S.M.A., waarin de duur van een toer van de missionarissen werd teruggebracht van vijf naar drie jaar. Ook Harrie Portier ging in mei 1974, na drie jaar Bibiani, voor vier maanden op vakantie naar Nederland.
Na terugkeer werd pater Portier benoemd tot pastoor van de kathedrale kerk te Takoradi. In januari was deze parochie volledig geafricaniseerd, doch nu waren er zeer ernstige moeilijkheden over meerdere zaken. De pastoor was hierbij zeer betrokken. Harrie had het vertrouwen van de bisschop.
Negen jaar lang is hij in Takoradi pastoor en teamleider geweest. Van alles heeft hij in die tijd meegemaakt. Negen jaar heeft hij in een afrikaanse communiteit gewoond op de grote pastorie, waar naast de parochiegeestelijken voor de stad en de buitenstaties, ook de curialeden, zoals vicaris-gene¬raal en econoom van het bisdom, inwoonden.
Hij begon met een financiële schuld op de parochie en de bestaande controverse van zijn voorganger met collega's, leden van het kerkbestuur etc. Er dreigde een rechtszaak en een publiek schandaal. Harrie leek, wat dit betrof, min of meer stoïcijns en wist zich als nieuwe leider te handhaven en meer dan dat: hij werd zeer gewaardeerd door de afrikaanse pries-ters.
In 1980 overleed Mgr. Joseph Essuah. Zijn opvolger, Mgr. Char¬les Sam, handhaafde Harrie als pastoor van de kathedrale parochie. Hij stond in hoog aanzien bij de nieuwe bisschop en werd zelfs zijn adviseur en vertrouwenspersoon. Bij dit alles bleef hij genieten van een theologisch argument in woord en geschrift. Bij het pausbezoek aan Ghana in 1980 hoorde Harrie ook bij de selecte groep van priesters die aan de paus werden voorgesteld.
Gestorven.
In juli 1983 kwam pater Portier definitief naar Nederland. Hij ging wonen bij zijn broer Jan in Maastricht en bleef, na het overlijden van diens vrouw, daar bij hem wonen. Dagelijks ging hij naar de zusters van de H. Petrus Claver in de Bouillon¬straat om daar de H. Mis voor hen te lezen.
Op 3 maart 1992 is Harrie plotseling overleden. Zijn broer trof hem 's morgen dood aan op bed. Hij werd 76 jaar oud. Later bleek dat hij enkele maanden tevoren reeds een lichte aanval had gehad. Hij was toen even buiten kennis geweest en had tijdelijke verlammingsverschijnselen.
Op zaterdag 7 maart 1992 vond in de kapel van het missiehuis te Cadier en Keer de plechtige uitvaartdienst plaats. Klasge¬noot Wim Ruikes ging voor in concelebratie met de provinciaal en collega-missionarissen, die evenals Harrie gewerkt hadden in het bisdom Sekondi-Takoradi. Op zijn eigen klassieke wijze nam de celebrant afscheid van zijn klasgenoot met de woorden:
'Anima Christiana Vale': vaarwel, christelijke ziel! Hierna werd pater Portier begraven bij zijn collega-missionarissen op het kerkhof bij het missiehuis.
Bronnen:
- Archief nederl. provincie S.M.A., Cadier en Keer.
- Onze Krant nr. 91, maart 1992.
Recherchez .../ Search...